donderdag 20 maart 2014

En toen werd ik oud

Onlangs werd ik 40 jaar. Mijn kinderen vonden dat een goede aanleiding om mij te typeren als een oude man. Sinds ik die heugelijke mijlpaal heb gepasseerd ben ik volgens hen echt een krakkemikkige
man die niets meer snapt van het moderne, jonge leven. Ik doe dan natuurlijk mijn best om uit te leggen dat ik echt niet oud ben, hooguit toe ben aan een stevige midlife crisis. Oud, ben ik zeker niet. Hoe komen ze daar nou bij? Ze komen toch nog steeds met hun vragen over facebook en tv-programma’s bij mij.

Toen betrapte ik mijzelf erop dat ik dezelfde redenering gebruik als mensen die in mijn ogen echt oud zijn. Dat vind ik altijd erg grappig. Als mensen bijna tachtig zijn en dan zeggen: ‘ Daar hoor ik niet bij hoor. Dat zijn van die oudjes.’  Zo sprak ik een keer iemand die vrijwilligers werk deed in een verzorgingshuis. Ze was 82 jaar, maar ging een keer per week naar de oudjes.
In al die mensen en dus ook in mij, zo constateerde ik, zit een afkeer van oud zijn. Ik wil voor altijd jong zijn (en strak) (en snel) (en wild). Altijd ook heel grappig om te zien op de voorpagina van een blad voor ouderen. Daar staat meestal iemand op die iets jonger is dan de doelgroep.
De bijbel leert ons die ijdelheid af. Die zegt gewoon dat ouderdom heel mooi. Spreuken zegt het zo:  De ouderdom is een prachtige kroon,  je vindt hem op de weg van de rechtvaardigheid.

1 opmerking:

  1. Goed dat het eens gezegd, wordt! Ouderdom (en vanaf welke leeftijd is dat??) is mooi. En je leert elke dag nog bij, van jong en oud.....
    Corry Stam-Timmermans

    BeantwoordenVerwijderen